Mathijs Deen: De redder

Het fraaie nawoord “Op een vuursteen slaan” van Mathijs Deen in het hier nog te bespreken postuum uitgebrachte boek van en over A.L. Snijders “Oh the world Ah the world” noopte om een thriller van Deen te gaan lezen. En dat werd de derde Waddenthriller: na “De Hollander” en “De duiker” verscheen in april 2024 “De redder", waarvan de derde druk uit juni 2024 hier aan de orde is.


In de proloog wordt beeldend beschreven hoe in maart 1995 de sleepboot Pollux ten noorden van Ameland vergaat na een botsing met zijn eigen sleep, een groot dok. Alle bemanningsleden behalve de kapitein worden gered in een gezamenlijke actie van de reddingsboten van Ameland en het Duitse eiland Norderney.

Op Paaszondag 2016 doen Nederlandse vakantiegangers op een strand in Northumberland een gruwelijke vondst: een reddingsvest met enkele delen van een skelet erin. Het vest draagt het opschrift Pollux. Met deze concrete aanwijzing en het autopsierapport van de Northumbria Police starten de Nederlandse en Duitse recherche een onderzoek. Binnen de marechaussee vraagt Cees Wagevier de op de rand van haar pensioen staande Geeske Dobbenga daaraan mee te werken. Als zij korte tijd later op Ameland komt, ontstaat een fraaie beeldende zin.

“Wanneer Geeske een paar uur later op Ameland van de boot stapt …… en ziet hoe onder de warme nazomerzon het afgaande water wegtrekt van het wad, en hoe de lucht en de wolken spiegelen in de natte slikplaten, is het alsof er iets in haar openbreekt en vervliegt.”

Geeske gaat op bezoek bij oud-schipper Douwe Boomsma. Op Norderney krijgt de jonge agent Xander Rimbach de opdracht van zijn chef om samen te gaan werken met de ervaren, eigenzinnige Liewe Cupido. Die samenwerking vlot niet erg, om diverse redenen. Liewe is bezig met de dood van zijn vader die vele jaren geleden op een vaartocht overboord is gevallen of geduwd, en verdronken.

Als is vastgesteld van wie de in Engeland aangetroffen stoffelijke resten in het reddingsvest zijn, richt het onderzoek zich op de familie van de dode. Zowel weduwe als dochter reageren uitermate vreemd, en lijken een verborgen agenda te hebben.

Xander richt zich op Norderney op de redders van weleer. Hij wordt op een wonderlijke manier vergiftigd en overleeft dat ternauwernood. De oud-stuurman van de reddingsboot van het eiland Atte Germer vertoont zonderling gedrag. Intrigerende gebeurtenissen en wederwaardigheden onthullen langzaam maar zeker een verfijnd geconstrueerde plot rond het lot van de kapitein van de Pollux.

Mathijs Deen heeft een soepele schrijfstijl. In beeldende, glasheldere taal geeft hij blijk van een scherp oog voor details. Die zijn zodanig goed gedoseerd dat het verhaal zich moeiteloos voor het geestesoog van de lezer ontrolt. De belangrijke personages zijn uitstekend ontwikkeld en geloofwaardig. Rechercheur Liewe Cupido die in de eerdere Waddenthrillers ook al figureerde, is een boeiende persoonlijkheid. Hij is Duitser van geboorte en opgegroeid op Texel. Zijn aanpak van het werk is origineel en apart. De typische mentaliteit en saamhorigheid van de eilandbewoners komen goed uit de verf.

De plot van “De redder” is van een sprankelende originaliteit. Voor lezers die de Waddeneilanden enigszins kennen, is de sfeer van het boek herkenbaar. Anders dan in De Volkskrant werd gezegd, is de spanningsboog niet strak aangespannen, maar wel voortdurend, soms wat sluimerend, aanwezig. Juist dat element biedt de lezer ook de nodige ontspanning.

“De redder” is meer dan een zeer goed boek en krijgt liefst viereneenhalve ster. Het smaakt absoluut naar meer.    

 

Reacties