Annet Schaap: Lampje

Ter voorbereiding op het lezen en recenseren van haar nieuwe boek “Krekel” moest eerst het in 2017 verschenen “Lampje” van schrijfster Annet Schaap maar eens aan bod komen. Dat boek blijkt bij aankoop een mooie, kloeke hardcover te zijn met enkele prachtige illustraties van de hand van de schrijfster. Het boek is in 2018 onder meer bekroond met de Gouden Griffel en de Woutertje Pieterse Prijs, prestigieuze prijzen voor oorspronkelijk Nederlandstalige jeugdboeken.


Emilia is de dochter van vuurtorenwachter Augustus Waterman. Deze is vroeger een deel van zijn been kwijtgeraakt waardoor het beklimmen van de trap in de vuurtoren voor hem een te grote beproeving is geworden. Daarom laat hij Emilia dagelijks bij het invallen van de schemering het licht aansteken. Zij draagt dezelfde naam als haar overleden moeder en wordt gemakshalve ook Lampje genoemd.

Als Lampje op een avond het licht niet kan aansteken bij gebrek aan lucifers, slaat een schip op de rotsen. Om de materiële schade te vergoeden moet Lampje van juffrouw Amalia zeven jaar gaan werken in het Zwarte Huis van de Admiraal. Deze is meestal niet thuis vanwege zijn omzwervingen op zee. De huishouding wordt gevoerd door Martha die er woont met haar buitengewoon vreemde zoon Lennie.

In de torenkamer van het huis zou een monster wonen. Lampje moet ook daarvoor zorgen en ontdekt dat het monster een zoon van de Admiraal is met de naam Edward. Het is een wel heel bijzonder schepsel. Hij leert Lampje lezen, maar is heel wispelturig. Lampje maakt met hulp een karretje waarmee de extreem schuwe Edward naar buiten kan. Op een vrije woensdagmiddag neemt ze hem mee naar de kermis waar ze meneer Rozenhout, de winkelier van onder meer de lucifers, ontmoet. Diens vrouw is zoals steeds weer heel vervelend tegen Lampje, maar meneer helpt ze om weg te komen uit het tumult dat ontstaat.

Dan volgt een heftige scène in de kermisattractie van de onsympathieke Eef waarin ongewone types te zien zijn. Er gebeuren vreemde dingen en de merkwaardige afkomst van Edward wordt duidelijk.

“Lampje heeft Vis ook een bord gegeven, maar hij frummelt wat aan de kip en eet niks. Hij kijkt alleen maar. Naar Julie, die twee stoelen nodig heeft voor haar billen, naar hoe ze hapt en kauwt en morst in haar baard. Naar de vogelvrouw, die als een kip in haar eten pikt. Naar de zwarte man, die altijd bukt en toch overal bovenuit steekt. De dubbele oude mevrouw eet samen van een bordje op haar schoot, de hoofden kibbelen om de lekkerste hapjes. Alles is zo raar.”

Als de Admiraal thuiskomt met zijn Adjudant Flint, ontstaat een dreigende situatie. Lampje, Lennie en Edward ontsnappen op spectaculaire wijze uit het Zwarte Huis en redden Lampjes vader Augustus van groot gevaar.

Annet Schaap heeft met “Lampje” een heerlijk jeugdboek geschreven dat ook zeer geschikt is voor volwassenen. In soepele bewoordingen schetst zij knap een sprookjesachtige sfeer vol aparte gebeurtenissen en personages. Gemakkelijke, beeldende taal zonder veel opsmuk trekt de lezer snel het verhaal in. Door de vele bijzondere gebeurtenissen en décorwisselingen blijft dat tot het einde van het verhaal zo. Er zitten diepere gedachten en thema’s in verscholen. Kortom, voor elk wat wils.

“Lampje” is een zeer goed boek en verdient vier als een helder baken schijnende sterren.  

 

Reacties

Een reactie posten