Esther Gerritsen: De terugkeer

 Esther Gerritsen behoort tot de betere Nederlandse romanschrijfsters van deze tijd. Haar boeken “Veilig leren lezen” (een verzameling van haar columns uit de VPRO-gids) en “De kleine miezerige god” oogstten jaren geleden veel waardering bij mij. En haar Boekenweekgeschenk 2016 “Broer” was van zeer hoog niveau. Het is overigens vele goede schrijvers niet gegeven in een zodanig kort bestek een interessante novelle te scheppen.



In oktober 2020 verscheen de roman “De terugkeer”. Het verhaal begint met een nogal deprimerend schouwspel waarin de vader des huizes Gerrit zich in deplorabele omstandigheden door de woning beweegt. Hij blijkt ernstig depressief te zijn. Zijn veel jongere echtgenote Johanna en hun op dat moment zeer jonge kinderen Max en Jennie weten er niet goed raad mee.

Dan springt het verhaal twintig jaar verder in de tijd. De situatie is drastisch veranderd. Gerrit heeft via een val van de trap volgens de officiƫle lezing zelfmoord gepleegd. Johanna is figuurlijk gevallen voor ene Frans en is verhuisd naar Ibiza. De introverte Max is inmiddels getrouwd met Nora; zij hebben dochtertje Elsie. Jennie studeert in Groningen en heeft een intrigerende relatie met Peter.

Als Johanna aan beginnende dementie lijdt, laat Frans haar als een baksteen vallen. Ze komt noodgedwongen terug naar Nederland en wordt regelmatig opgevangen door oom Ed, een jongere broer van Gerrit.

Jennie wantrouwt de lezing rond de dood van haar vader en wil een onderzoek voordat haar moeder door de onomkeerbare dementie niet meer in staat is betrouwbaar openheid van zaken te geven. Opmerkelijk is dat Gerrit, ook al is hij allang dood, vanuit het hiernamaals gewoon meespeelt in het verhaal.

“Gerrit lacht om de manier waarop ze alles aangrijpt om zijn broer te veroordelen.”

Johanna verhuist gedwongen door haar voortschrijdende ziekte naar verpleeghuis Aurora (dat betekent opmerkelijk genoeg dageraad). Er worden verregaande middelen ingezet om de waarheid aan het licht te brengen. Daarin speelt rechercheur Mario Varta een fraaie professioneel onderkoelde rol.

Gerrit kijkt vanuit het hiernamaals met lichte belangstelling toe.

“De reglementen van het hiernamaals zijn strikt, uitzonderingen zijn niet bekend. Het enige wat ze hem kunnen geven is een droom.”

Met “De terugkeer” heeft Esther Gerritsen een sterke roman geschreven die aanschurkt tegen een whodunit (een wat mij betreft foeilelijk woord dat echter aanvaard Nederlands is en wel de essentie weergeeft). De schrijfstijl van Gerritsen is gepolijst. Haar proza is uiterst gemakkelijk leesbaar en bevat geen complexe woorden en uitdrukkingen noch gewrongen metaforen. Het lezen van het boek is daardoor een verademing. De opbouw van het verhaal is goed. Thema’s als dood, zelfdoding, breekbare liefde, een bijzondere relatie tussen broer en zus met zeer verschillende karakters, dementie, autistische kenmerken en achterdocht maken het boek interessant. Het zet de lezer aan tot nadenken over enkele belangrijke elementen des levens.

Het “meedoen” van de overleden Gerrit in de interactie is opmerkelijk. Je zou het in eerste instantie kwalificeren als flauw en vergezocht, doch het heeft bij nadere beschouwing een opbouwende functie. De compositie van de gebeurtenissen is geslaagd en de karakters zijn goed ontwikkeld en boeiend door hun diversiteit.

Deze roman wordt enigszins beheerst door een lichte onderhuidse spanning die echter de aandacht niet afleidt van de menselijke thema’s van het verhaal.

Esther Gerritsen heeft met “De terugkeer” een zeer lezenswaardig boek geschreven dat het predicaat “zeer goed” en daarmee vier sterren ten volle verdient.

     

 

Reacties