Katrien Van Effelterre: Doodsengel
Katrien
Van Effelterre is een rijzende ster aan het firmament van de Vlaamse
thrillerauteurs. Zij debuteerde in 2016 met “Levend aas” (4*). In 2017 volgde
“Restafval” (3*).
Deze
vliegende start beloofde veel voor het volgende boek, en die belofte maakt Katrien
volledig waar.
Het
recentelijk verschenen “Doodsengel” draagt een intrigerend motto, een tekst van
Samuel Beckett:
“Elke stommeling kan
zijn ogen sluiten, maar wie weet wat de struisvogel ziet in het zand?”
De
intrigerende proloog beschrijft een bezoek van een mysterieuze vrouw aan een
kerkhof, alwaar zij een gele roos achterlaat op een van de graven.
Met
de vondst van het lijk van de ervaren rechter Aaron Elsocht in diens huis in
Genk door poetsvrouw Sofia Stoyanova, en nog wel op dier eerste werkdag, staat
de lezer meteen op scherp.
De
uit de vorige boeken bekende rechercheur Patricia Rodiers en (inmiddels) haar
partner profielschetser Marnix Veldkamp zijn al snel in beeld. Ook andere oude
bekenden zoals de onbehouwen rechercheur Xavier Verbiest en computerspecialist
bij de recherche Matthieu Deschrijver spelen een belangrijke rol in het
onderzoek.
‘Maar ik deed de deur
open en toen schrok ik me dood.’ Sofia slaat haar handen voor haar gezicht van
ontzetting.
‘U bent niet dood.’,
corrigeert Xavier droogjes. ‘Aaron Elsocht is hier de dode.’
De
echtgenote van de rechter, Barbara Fierens, was ten tijde van het overlijden
van haar man met hun beide dochters Loes en Eva bij familie in Groningen. De
begunstiging van Barbara in een forse levensverzekering op het leven van Aaron
en haar opvallend kille reactie op diens overlijden roepen verdenkingen tegen
haar op.
Elsocht
is op ongebruikelijke wijze aan zijn eind gekomen, de titel van het boek zinspeelt
daarop.
De
wonderlijke beeldend kunstenaar Robbe Latour duikt op bijzondere wijze op in
het verhaal. Hij doet met geheel andere oogmerken onderzoek naar het wel en wee
van Aaron en ontmoet daarbij de beeldschone Alicia Goetvinck.
Robbe
is een denker met soms interessante filosofische overpeinzingen. Zo zegt hij op
blz. 46:
“De nood om meer geld
uit te geven, ontstaat vooral uit het ongeluksgevoel dat onze manier van leven
ons geeft.”
Het
verhaal kent vele mooie wendingen. De korte hoofdstukken maken het boek
gemakkelijk leesbaar. De sprongen in de tijd zijn goed te volgen.
De
plot is even ingenieus als verrassend, de afloop is ook voor de thrillerkenner onverwacht.
Katrien
Van Effelterre is doctor in de Germaanse taal- en letterkunde. Het mag dan ook
niet verbazen dat zij uiterst vaardig is met de pen. Haar schrijfstijl en
woordgebruik zijn soepel en voorbeeldig. Het ontbreken van lastige woorden en
het gebruik van korte kernachtige zinnen bieden de lezer een ontspannen gevoel.
Het verhaal is doorspekt met heerlijk Vlaams dat ook voor de Nederlandse lezer
glashelder is.
De karakters in het boek worden vaardig uitgesponnen. Ook de
ontwikkeling van het privéleven van de vaste hoofdpersonen Patricia en Marnix
wordt mooi gedoseerd beschreven.
Voor
de oplettende lezer is duidelijk dat Katrien degelijk vooronderzoek heeft gedaan
op enkele punten die in het verhaal een rol van betekenis spelen.
Het
boek is een psychologische thriller, maar ook meer dan dat.
Zoals
de schrijfster het zelf zegt:
“Doodsengel”
gaat over de liefde. Over de pijn en het wonder die twee zijden van dezelfde
medaille zijn.
Met
“Doodsengel” heeft Katrien Van Effelterre een grootse prestatie geleverd. Het
is een boek van topklasse, en daarom krijgt het vijf sterren.
Reacties
Een reactie posten