Klaus-Peter Wolf: Doodse stilte op het wad
De
schrijver Klaus-Peter Wolf is een gevestigde naam in zijn woonland Duitsland.
Hij schreef vele kinderboeken en jeugdboeken. Ook op het terrein van
misdaadromans en tv-scenario’s (onder meer voor Tatort) heeft Wolf zijn sporen al ruimschoots verdiend. Hij schreef
eerder een in Duitsland zeer succesvolle serie van ten minste tien romans over
de strijd van de aansprekende inspecteur Ann Kathrin Klaasen tegen de misdaad
in Oost-Friesland, de streek aan de Duitse Waddenzee.
Met
zijn boek “Doodse stilte op het wad” slaat Wolf een nieuwe weg in. Weliswaar
speelt Ann Kathrin Klaasen nog steeds een prominente rol, maar de hoofdrol is
weggelegd voor Dr. Bernhard Sommerfeldt. Deze man is de ik-figuur in het
verhaal. Sommerfeldt heeft een bijzondere achtergrond. Hij heeft zijn oude
leven als Johannes Theissen om hem moverende redenen vaarwel gezegd en is een
geheel nieuw leven begonnen als de huisarts Dr. Bernhard Sommerfeldt in
Norddeich, een klein enigszins geïsoleerd stadsdeel van de stad Norden aan de
Waddenzeekust.
Hij
is alom geliefd en wordt dat al snel ook bij de lezer. Zijn assistente Cordula
is hem onvoorwaardelijk trouw, mede door haar arbeidsvoorwaarden.
Zijn
eerste ontmoeting met Beate, op wie hij op slag smoorverliefd wordt, is van een
uitzonderlijk romantisch karakter, zeker voor boekenliefhebbers. Gewoonweg
heerlijk om te lezen!
De
twee blijken voor elkaar bestemd en leiden een ogenschijnlijk gelukkig leven.
Bernhard heeft echter ook een andere kant. Als huisarts is hij consciëntieus maar
voor problemen in onder meer relationele sferen van zijn patiënten heeft hij
tamelijk rigoureuze “oplossingen”.
Een
compromitterende gebeurtenis uit het verleden van Beate met haar ex-vriend
Michael werpt een donkere schaduw op hun beider leven. Doch Bernhard weet op
een even doordachte als rigide wijze dat probleem te klaren.
Rode
draad in het verhaal is de “drukte” die regelmatig de kop opsteekt in het hoofd
van Bernhard. Die houdt hij binnen de perken door regelmatig in het donker de
rustgevende doodse stilte van het wad op te zoeken.
Klaus-Peter
Wolf heeft een fraai boek afgeleverd. Zijn schrijfstijl is vloeiend en ontspannen
en zijn taalgebruik is onberispelijk, de lezer heeft het erg gemakkelijk en dat
is heerlijk. Het verhaal is origineel door zijn invalshoek. Weliswaar is de
spanningsboog laag, maar dat hindert in het geheel niet. Het verhaal is zó
intrigerend, boeiend én leuk dat de aandacht van de lezer geen moment verslapt.
Bovendien
is het boek gelardeerd met een uitgebalanceerde portie soms zwarte humor. Bij
aankomst van Bernhard op het station in zijn nieuwe woonplaats Norddeich-Mole
lezen we:
“Ik verliet het
station en keek naar de zee. Het was eb. Dat heb ik weer, bedacht ik. Sta ik
eindelijk aan zee en dan is hij er niet meer. Maar na eb komt vloed.”
En
een enkele keer, goed terughoudend gedoseerd, is er een originele metafoor
zoals:
“Er is geen klap aan
om zo gevoelig te zijn. Je kunt in het leven beter een honkbalknuppel dan een
wattenstaafje zijn.”
Getuige
het slot van het verhaal is “Doodse stilte op het wad” het eerste deel van een
serie rond de bijzondere huisarts. De cliffhanger roept hoge verwachtingen op. Daar
kan de lezer zich op verheugen. Want dit boek munt uit in originaliteit en is
zeer lezenswaardig voor eenieder die niet zweert bij hoogspanning.
Bovendien
is de invalshoek van Wolf tamelijk origineel. Hij doet denken aan het ook al
geweldige boek “De minzame moordenaar” van Bram Dehouck.
“Doodse
stilte op het wad” is in zijn soort een zeer goed boek, en krijgt vier sterren.
Reacties
Een reactie posten