W.A. Dehairs: Lockdown
De
gedreven journalist Chris Kooi is de hoofdpersoon en ik-figuur in de
debuutthriller “Lockdown” van de vermoedelijk Vlaamse schrijver W.A. Dehairs.
Vermoedelijk omdat zulks niet onomstotelijk blijkt uit de ludieke omschrijving
van diens persoon op de achterflap of elders. Wel staat vast dat hij zich onder
meer profileert als ex-drummer. Zoals wordt gesteld klopt dat niet maar wilde
hij indruk maken op de meisjes J .
Het
verhaal is een bijzondere mengeling van enige lichte humor en veel ernst.
De
proloog is allesbehalve humoristisch in zijn beschrijving van een zwaar
incident. Daarna start het boeiende verhaal rond Chris en diens vriendin
Caroline, wier zus Cath ongeveer dertig jaar geleden spoorloos is verdwenen.
Al
bij de eerste bladzijde van hoofdstuk 1 moet de lezer glimlachen:
“Ik had misschien wel
willen trouwen, maar Caroline was absoluut tegen het huwelijk en alle brave
burgerlijke waarden die erbij hoorden, waardoor ik nog meer zin kreeg om haar
ten huwelijk te vragen. Ik deed het trouwens geregeld, haar ten huwelijk
vragen.”
Chris,
die verslaafd is aan pijnstillers (de reden daarvan blijkt later in het boek),
ontvangt per post ineens brieven die hij zelf heeft geschreven aan Cath.
Daardoor komt zijn verleden weer volop tot leven. Kooi begeeft zich naar
Brussel waar juist op dat moment het centrum hermetisch is afgesloten (een zgn.
lockdown) vanwege een opsporingsactie rond de terrorist Salah Abdeslam. Hij
heeft een vreemde ontmoeting met een dame in een café en heeft compromitterend
materiaal over een minister. Als hij mede gedreven door zijn journalistieke
nieuwsgierigheid ingaat op een nogal dwingende uitnodiging om in een bepaald
hotel in Brussel te verschijnen, gebeuren opmerkelijke zaken.
Regelmatig
zijn er hoofdstukken met flashbacks (wie bedenkt daarvoor eens een goed
Nederlands woord?) naar de jeugd van Chris. Daarin spelen Cath en een zekere
Peter een belangrijke rol. In die periode wordt een van hun vrienden, Mick, een
van de vele slachtoffers van de beruchte Bende van Nijvel.
Aan
het eind van “Lockdown” komt de mooie plot volledig tot zijn recht.
Bijna
grappig is de disclaimer in het boek, die zoals gebruikelijk luidt: “elke
gelijkenis met bestaande gebeurtenissen en/of personen berust op louter
toeval.”
W.A.
Dehairs is vooralsnog enigszins mysterieus als persoon. Is het een pseudoniem
of heet hij echt zo? Het is geenszins duidelijk.
Wat
wél duidelijk is, is dat deze schrijver een voortreffelijke penvoering heeft en
in staat is een ingenieuze plot te bedenken. Deze wordt dan vervolgens
omgetoverd in een prettig leesbaar verhaal zonder ingewikkelde patronen. Een
goed gedoseerde lichte portie humor leidt geenszins de aandacht van de lezer
van het op zichzelf ernstige verhaal af.
De
hoofdpersoon Chris Kooi is intrigerend, en zou zelfs kunnen en mogen terugkeren
in een volgend boek van Dehairs.
Het
proza van de schrijver is over het algemeen krachtig en kernachtig ter zake.
Een enkele keer is er een fraai bijna poëtisch uitstapje. De slotzin van het
boek is van een grote schoonheid:
“Ik begon te lopen en
het leek alsof ik door een echte oceaan waadde, een oceaan die met elke stap
dieper en zompiger werd, als een moeras van tijd, dat op me wachtte met het
geduld van een steen.”
“Lockdown”
van W.A. Dehairs is een ijzersterk debuut dat vier sterren verdient. Een zeer
goed boek dus.
Naschrift: het boek staat op de longlist voor de Gouden Strop 2018 !
Reacties
Een reactie posten