Judith Visser: Zondagskind
Judith Visser heeft al een respectabel aantal boeken op haar
naam. Ze debuteerde in 2006 en schreef sindsdien romans en (jeugd)thrillers.
In haar nieuwe roman “Zondagskind” schrijft ze vanuit haar alter ego
Jasmijn Vink over haar eigen jeugd en adolescentie. En dat is bepaaldelijk geen
sinecure want Judith ontdekt in die periode dat zij het syndroom van Asperger
heeft. Eén van de vele vormen van autisme. Autisme wordt nogal eens
vereenzelvigd met het opmerkelijke gedrag van Dustin Hoffman in de film “Rain
man” maar er zijn talloze vormen. Vele daarvan zijn niet altijd direct te
herkennen.
Jasmijn Vink heeft in haar jonge jaren al duidelijke
kindfactoren die op autisme duiden. Zij is overgevoelig voor geluiden,
aanrakingen en drukte, wordt soms letterlijk ziek van bijeenkomsten met meer
mensen, en heeft een sterke neiging tot afzondering. Jasmijn heeft een sterke
band met haar hond Senta, en dat is ook spreekwoordelijk. Honden tonen een
sterke aanhankelijkheid, en wat belangrijk is, ze zeggen niets terug. Verder is
ze gebiologeerd door de muziek van Elvis Presley.
“Ja, natuurlijk
luisterden andere mensen ook naar zijn muziek, maar zij hadden niet de band die
ik met hem had.”
Op school is het geen rozengeur en maneschijn. De
leerkrachten hebben niet veel kennis van autisme en daardoor lang niet altijd
begrip. Met haar oudere broer Emiel heeft ze een hechte band die soms bijna
ontroert.
Paardrijden is door de vaste patronen een mooie afleiding
van de dagelijkse problemen maar organisatorische zaken daaromheen leiden weer
tot overprikkeling.
Een achterblijvende ontwikkeling in de puberteit maakt het
leven nog complexer.
“Ik wist dat mijn
ouders van me hielden, maar waarschijnlijk was dat alleen maar omdat ik
toevallig hun kind was.”
Haar schooltijd was in vele opzichten een bezoeking maar
haar vriendin Kristin vervulde een prachtige sturende rol. De eerste stappen op
het pad der liefde waren ook al niet gemakkelijk.
Judith Visser heeft met “Zondagskind” een werkelijk
weergaloos boek geschreven over een belangrijk onderwerp als autisme, meer in
het bijzonder Asperger. Haar pen is soepel en stijlvol. Het verhaal is ondanks
de zware lading zeer toegankelijk voor de lezer. De schrijfstijl en het
woordgebruik zijn voorbeeldig. Meer loftuitingen zijn niet nodig.
“Zondagskind” zou verplichte leeskost moeten zijn voor
iedereen die in zijn of haar omgeving met autisme te maken heeft. En wie heeft
dat niet? De slotzin van het boek:
“Misschien was het, na
een leven vol waaroms, eindelijk tijd voor een dáárom.”
Het boek krijgt vijf glanzende sterren.
Reacties
Een reactie posten