A.F.Th. van der Heijden: Kwaadschiks


“Kwaadschiks” van A.F.Th. van der Heijden is het zesde deel in de cyclus “De tandeloze tijd”. Niettemin is het een zelfstandig leesbaar verhaal; voorkennis uit de eerdere boeken is geenszins vereist.
Het papieren boek heeft in de paperbackuitvoering een omvang van maar liefst 1280 pagina’s. Het is een soort kruising tussen een roman en een thriller.
Het verhaal is geïnspireerd op een wegens spoilergevaar niet nader te noemen ware gebeurtenis die met de ongebreidelde fantasie van de schrijver vervolgens in een kolkend verhaal is ingebed.



Hoofdpersoon in het boek is Nico Dorlas, een gecompliceerd figuur van middelbare leeftijd. Nico is artdirector bij een reclamebureau. Aldaar werken ook enkele jonge honden die hem links en rechts dreigen in te halen. Ook in privé gaat het hem niet meer voor de wind. Hij woont samen met Desy en haar veertienjarige zoon Hemmo. Met Desy heeft hij een nogal bijzondere verhouding, zoals onder meer blijkt uit de “Ruziezoekertjes”, berichtjes over kleine en grote irritaties waarmee zij elkaar bestoken. De relatie staat op springen. Nico heeft veel last van slaapapneu en van zijn versleten heup. Door de ongemakkelijke situatie en zijn fysieke problemen is Dorlas aan de drank geraakt, hij is verslaafd aan wodka die hij de hele dag door tot zich neemt. ’s Nachts moet hij zich behelpen met een soort beademingsapparaat, een CPAP.
Het verhaal beslaat welgeteld één etmaal in het leven van Dorlas. En daarin gebeuren vele heftige dingen die fikse emoties losmaken.
Talloze thema’s komen voorbij, waaronder liefde, obsessie, overspel, vaderschap, agressie, bandeloosheid, moraliteit, vaderliefde, zelfdestructie en ga zo maar door.

Adri van der Heijden is een begaafd stilist. Zijn taalgebruik en schijfstijl zijn van zeer hoog niveau met vele bloemrijke zinnen, en dat maakt het lezen van zijn boeken tot een waar genoegen. Dat geldt zeker ook voor “Kwaadschiks”. Het verhaal begint boeiend en laat de geduldige lezer nauwelijks meer los. De gebeurtenissen zijn niet zelden enigszins onwaarschijnlijk doch dat beeld past naadloos bij het karakter van het verhaal. De fantasie van de schrijver staat op volle kracht. Waarlijk minutieus beschrijft Van der Heijden het etmaal waarin alles zich afspeelt, en lardeert het met enkele flashbacks naar Nico’s jeugd die tamelijk traumatiserend was. In hoeverre dat als een redelijke verklaring mag worden beschouwd voor zijn onbehouwen en onredelijke gedrag in het beschreven tijdvak van 24 uur, kan en mag in het midden blijven.

Het verhaal gaat tergend langzaam naar een verrassende ontknoping waarbij zich dramatische gebeurtenissen aaneenrijgen. De epiloog is welhaast verbijsterend.
Twee kritiekpunten dringen zich op. Van der Heijden schrijft in heldere en begrijpelijke taal. Dan is het des te opvallender dat aan zijn pen af en toe lastige woorden ontvlieden. Zo kom je onder meer “perquisitie”, “zijn benedicties tellend” en “dactylische hexameters” tegen. Maar het zijn slechts incidenten.
Voorts zullen sommige lezers zich gaan irriteren aan de veelvuldige beschrijvingen van het wodkagebruik van Dorlas en het steeds terugkerende gepalaver over het automerk Suzuki model Swift.

Is dit boek van monumentale omvang nu ook een monument? Daar kun je als lezer verschillend over denken. De conclusie zal sterk afhangen van het verwachtingspatroon van de lezer.
De liefhebber van langzaam opgebouwde beelden en traag beantwoorde vragen komt zeker aan zijn trekken. Hij zal de vermelde kritiekpunten voor lief nemen en het boek volop genietend tot zich nemen.
De wat meer ongeduldige thrillerliefhebber zal grote moeite hebben het op zich spectaculaire einde van het verhaal te bereiken. Voor deze categorie lezers zijn de uitweidingen echt te veel en te lang. Het boek is dan ook geen échte thriller.

Voor de eerste soort lezer zal een waardering van vier sterren goed aanvoelen; de tweede blijft op drie sterren steken. Die staan overigens nog steeds voor een goed boek.  

Reacties