Hilde Vandermeeren: Stille grond
Gisteren verscheen het laatste deel van de trilogie van Hilde Vandermeeren en Walter Damen. Vooruitlopend op de recensie van "Meedogenloos" volgt hier mijn recensie uit 2015 van het enige andere boek van Hilde dat hier nog niet besproken is.
In
“Stille grond” van de Vlaamse thrillerschrijfster Hilde Vandermeeren is Rosie
Thompson, het tweelingzusje van Ruby, in 1983 op zesjarige leeftijd spoorloos
verdwenen. Dertig jaar later, als haar vader Edward en jongere zus Eve al lang
alle hoop hebben opgegeven, treft de bejaarde dominee Donald Cunningham kort
voor de definitieve sluiting van zijn op de Schotse rotskust gelegen kapel in
Glendale in het biechtboek dit bericht aan:
“Het spijt me wat er gebeurd is met Rosie Thompson. Moge God me vergeven.”
De
informatie bereikt inspecteur Bruce Fleming van het cold-caseteam, dezelfde man
die dertig jaar geleden het onderzoek naar de verdwijning van Rosie heeft
geleid. Deze neemt contact op met vader Edward Thompson en meldt het voorval,
doch geeft daarbij aan dat verder onderzoek naar zijn oordeel vruchteloos is.
Eve
Thompson doceert inmiddels wiskunde aan de universiteit van Glasgow. Als zij
het verhaal van haar vader over Rosie hoort, besluit ze zelf op onderzoek uit
te gaan. Ze kan maar niet verkroppen dat haar zus Ruby sinds de verdwijning van
haar tweelingzus geen woord meer heeft gesproken en in de psychiatrische inrichting
Eleonor House verblijft. De bezoeken aan haar zus zijn nog steeds
hartverscheurend en emotioneel belastend.
Een
bonte stoet van personen trekt voorbij: het eigenaardige stel Fergus en Carol
Jones met hun dochter ZoĆ«, een dakloze man met de bijnaam “de botanist” vanwege
zijn kennis van kruiden, de potloodventer Kieran Reid, de roddeltante mevrouw
Drummond met haar kleindochter Leslee die een belangrijke rol speelt in de
aanzet van het onderzoek, de (voormalige) sekteleiders Kyle en Ian Crawford van
de Orde van het Licht met de mysterieuze Meaghan en de jonge Lea, en de schooljuf
van destijds van de tweeling Helga en haar zoon Grant.
Verschillende
verhaallijnen die in eerste instantie een eigen leven lijken te leiden, groeien
op elegante wijze allengs naar elkaar. De lezer staat lange tijd op het
verkeerde been, zo blijkt tegen het zonder meer verrassende einde van het
verhaal.
Het
taalgebruik is voorbeeldig. Bij tijd en wijle hanteert Vandermeeren een mooie
metafoor of fraai verwoorde wijsgerige opmerking. Wat te denken van de volgende
zinsnede:
“Hoe stiller de
omgeving, des te luider haar gedachten.”
De
schrijfster gebruikt weinig typisch Vlaamse uitdrukkingen. Opmerkelijk is het
gebruik van een frase waarin wordt gezegd dat “ iemand er geen voldoening mee
neemt”, waar de lezer het woord “genoegen” zou verwachten. Is dat wel echt
Vlaams? Het lijkt op een uitglijdertje van de pen maar als Nederlander moet je
niet te snel daarover oordelen.
Taal-
of zetfouten kent het boek niet dan wel zijn in ieder geval door de
lezenswaardigheid van het verhaal niet opgevallen. Zulks is heden ten dage een
prestatie van formaat.
De
diepere betekenis van de titel van het boek is niet aanstonds duidelijk. Het
ontdekken ervan vergt de nodige verbeelding van de lezer.
Reacties
Een reactie posten