René Appel: Overschot
René Appel heeft een lange serie zeer goede thrillers op zijn naam. In 2016 schreef hij met “Verzwegen” een bijzonder sterke thriller in zijn kenmerkende stijl. Even leek het zijn laatste thriller.
Bij het voorlaatste boek van Appel “Dansen in het donker”
uit 2018 rees de vraag of de schrijver met die roman de hem zo vertrouwde paden
van de psychologische thriller structureel had verlaten. Met zijn nieuwe boek in
2020 laat Appel tot vreugde van de vele liefhebbers van zijn thrillers zien dat
het een tijdelijk uitstapje was.
In “Overschot” staan makelaar in onroerend goed Arend
Meulenhoek, zijn echtgenote Maud en haar zoon Ferry uit haar eerste huwelijk
centraal. Ferry is zevenentwintig jaar en woont zelfstandig. Hij is een verslavingsgevoelige
nietsnut en leunt in vele opzichten op zijn ouders. De jongeman is vooral
jegens zijn bonusvader Arend volstrekt onhandelbaar en wordt tot diens ergernis
voortdurend in bescherming genomen door zijn moeder. De relatie tussen Arend en
Maud staat daardoor onder druk.
Al snel blijkt dat Ferry zich met louche zaken bezighoudt.
Hij heeft dientengevolge een grote geldschuld aan een duister sujet die zich
Chris Koolfast noemt. Deze man bedient zich van grove methoden om zijn geld te
innen, mede met behulp van het sportschooltype Theo Oudenaerde. De
confrontaties tussen Arend, Ferry en Chris worden steeds intimiderender en
gewelddadiger.
Tot overmaat van ramp raakt Arend in gestreste
omstandigheden betrokken bij een verkeersongeluk waarbij scholiere Laryssa van
Dijk levensgevaarlijk gewond raakt. Vanaf dat moment wordt Arend hinderlijk
gevolgd door Daan, het vriendje van Laryssa. Ook in zijn werk ondervindt Arend
de nodige problemen. Als aankoopmakelaar wordt hij steeds weer ingezet door
zijn cliënten Jeroen en Madeleine Hofmeijer. Deze aspirant-kopers zijn nooit
tevreden na een bezichtiging en advies. Arend krijgt het gevoel dat zij zijn
diensten oneigenlijk gebruiken.
Bij een onaangekondigd bezoek in de avonduren van Chris
Koolgast ten huize van Arend en Maud slaan alle stoppen door. Als een tijd
later rechercheur Hotze Mulder ten tonele verschijnt, rijst de vraag waarin de
ellendige situatie van Arend en Maud zal uitmonden.
René Appel is een gelouterd schrijver. Zijn stijl is
bewonderenswaardig eenvoudig én ijzersterk. Met korte, krachtige zinnen schetst
hij in sneltreinvaart het beeld waarin de plot zich afspeelt. Zoals zo vaak in
zijn boeken gaat het ook hier om bijna alledaagse gebeurtenissen die door een
opeenstapeling van kleine en grotere ergernissen tot een forse climax leiden.
Het verhaal speelt zich af in een doodnormale situatie. Het zou allemaal
dichtbij de lezer kunnen gebeuren.
De spanningsboog is slechts lichtelijk aangespannen, ook dat
is typerend voor de meeste boeken van Appel. Lezers die voortdurend op het puntje
van hun stoel willen zitten, moeten elders iets van hun gading zoeken. En dat
is er genoeg. De lezers die van onderhuidse spanning, subtiele psychologie en
fraai afgewogen taalgebruik houden, kunnen hun hart ophalen in dit boek.
Prachtig is bijvoorbeeld beschreven hoe Ferry bij zijn bezoekjes een het
ouderlijk huis regelmatig het bloed onder de nagels van Arend haalt. Bloedirritant
en daarmee levensecht is het.
Bij het slot van het verhaal blijft de lezer met één zij het
niet erg belangrijke vraag zitten: waar is Theo gebleven?
“Overschot” is weer een echte Appel en krijgt vier
overtuigende sterren.
Ik vraag mij ook af waar is Theo gebleven een los eindje aan een verder wel aardig boek
BeantwoordenVerwijderen