Ze rolde met haar ogen

In het verleden heb ik meermalen al dan niet badinerende columns geschreven over clichés en (andere) dooddoeners in boeken en andere geschriften. Zie in dit kader “Het is zoals het is”, “”De puzzelstukjes vallen in elkaar”, “Dit boek leest als een trein” en “Niets is wat het lijkt; een onuitroeibaar cliché?

Al een flink aantal maanden valt me een zinnetje op dat met enige frequentie te zien is in nieuw verschenen boeken in diverse genres. Het is de titel van dit Kuijpje. Om (voor mij) volstrekt duistere redenen lijkt dit fysieke kunststukje van de eerste orde gemeengoed te worden in schrijversland. Dat is enigszins gegeneraliseerd, doch het kan geen toeval zijn dat ik dat zinnetje de laatste tijd zo vaak tegenkom bij sterk uiteenlopende schrijvers. Helaas zijn de vindplaatsen niet vastgelegd.

Opmerkelijk daarbij is dat het uitvoeren van deze halsbrekende beweging klaarblijkelijk is voorbehouden aan mensen van de vrouwelijke kunne. Of daar een psychologische of een fysieke reden achter zit, is niet direct duidelijk. Toen ik een van mijn kleindochters (10) vroeg om eens met haar ogen te rollen, deed zij dat zó beeldend en overtuigend dat het nauwelijks voorstelbaar is dat het daadwerkelijk gebeurt in een gesprek of een andersoortige samenkomst van volwassenen.

En toch is dat nu net wat er in die boeken gebeurt. Een apart fenomeen waarbij onbewust kopieergedrag een rol zou kunnen spelen. De rijkdom van onze taal biedt evenwel talloze mogelijkheden om een gezichtsuitdrukking van verbazing of andere emotie helder weer te geven. Ik hoop dan ook het zinnetje voortaan wat minder tegen te komen. Al is het maar om de gedachte “o jee, daar gaan we  weer” terug te dringen. Die voelt niet goed.

Een aardig stukje over het verschijnsel is hier te lezen  Of en in hoeverre de inhoud serieus te nemen is, kan ik niet beoordelen.

Reacties